knooppunt voor mobiliteit en maakindustrie in de Binckhorst

ALL INCLUSIVE: Team WAM ontwerpt groene wijk boven en tussen de treinsporen in Den Haag

Visie voor de Binckhorst en CID

Tekst en beeld: Team WAM.

Resultaat BNA ontwerpstudie Stad van de Toekomst* locatie Den Haag: In 2040 is het Central Innovation District (CID) in Den Haag volgebouwd met nieuwe woningen en werkruimten in hoge dichtheid. Het gebied is uitstekend bereikbaar omdat de stations CS, HS en Laan van NOI samen met de BINCKhub een superknoop voor nieuw vervoer zijn geworden. Maar hoe duurzaam is het gebied dan? En kunnen Roy, Dennis en Danique hier dan ook met plezier wonen en werken?

Team WAM maakt in de toekomstvisie All Inclusive ruimte voor groen en water door de huidige treinsporen te overbouwen. Met nieuwe typen openbare ruimte en een divers programma in verticale buurten wordt het hart van het CID stapsgewijs met de bestaande stad verbonden. De combinatie van het  hoogteverschil, de hoge dichtheid van de bebouwing en veel groen, geven deze gezonde wijk een heel eigen spannende identiteit. Met plekken waar iedereen aangenaam kan verblijven.

Stad van de Toekomst

In de ontwerpstudie Stad van de Toekomst’ wordt aan de hand van vijf  testlocaties van 1 x 1 km in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Eindhoven gekeken naar nieuwe manieren van stad maken. Tien multidisciplinaire teams hebben op een ‘level playing field’ samengewerkt met gemeenten, lokale betrokkenen en experts rond belangrijke innovaties.

Team WAM maakt de toekomst voorstelbaar voor de vierkante kilometer achter station Den Haag Centraal. De locatie ligt midden in het nieuw te ontwikkelen CID. Hier moet een groot aantal woningen, werkplekken en voorzieningen worden gebouwd in een zeer hoge dichtheid. De onderliggende vraag is hoe de bouwopgave gekoppeld wordt aan energietransitie, mobiliteitstransitie, circulaire economie en andere systeem‐ en netwerkinnovaties.

Het CID kent een ruimtelijke opgave en een sociaaleconomische opgave zonder weerga. De locatie is de schakel tussen de Binckhorst en de binnenstad, maar de treinsporen en viaducten zijn nu nog enorme barrières. De spoorzone ligt bovendien tussen twee wijken die niet al te best aangeschreven zijn. En groen ontbreekt.

schema dubbel grondgebruik cid stad van de toekomst

Groen- blauwe structuur en bouwen boven het spoor

De nieuwe systemen van groen en water zijn de dragers van het toekomstige CID. Groen en water zijn essentiële nutsvoorzieningen voor de gezondheid van de toekomstige gebruikers en maken wijk water- en hittebestendig. Het Schenkpark ligt in ‘de volle grond’. Omdat in deze zone niet gebouwd zal worden, creëert het plan nieuwe ruimte door de sporen te overbouwen. Daar ligt nog een enorme oppervlakte die gebruikt kan worden voor wonen, werken en leisure in extreem hoge dichtheid. Bovendien wordt zo de fysieke barrière tussen de Binckhorst en de binnenstad en de naastgelegen wijken geslecht. De groene en beloopbare inrichting van de openbare ruimte wordt mogelijk gemaakt door de BINCKhub. Daar wordt het verkeer vanaf de snelwegen afgevangen.

In het Schenkpark komen waterbekkens en een verbinding tussen de Schenk en de Trekvliet. De Schenk wordt in oostelijke richting verbonden met een sifon onder de sporen door en een aquaduct over de Utrechtse Baan. In de Duivenvordse polder kan vervolgens water worden gebufferd. De inrichting van het Schenkpark is gericht op biodiversiteit en een hoge belevingswaarde voor sport en ontmoeting. Bovendien wordt er in de bebouwing een hele bouwlaag open gelaten voor publieke groenvoorzieningen.

voorstel schenkpark in toekomstige wijk CID voor klimaatadaptatie

SCHENKPARK in 2040, Roy, 10
Zelfs als het geregend heeft mogen we in het Schenkpark spelen. Dan is het extra leuk. Ik moet dan wel mijn laarzen aan. Ik dacht vroeger dat het Schenkpark Schenkpark heette door de waterval uit de muur. De waterval schenkt het park vol water. Onze school kijkt uit op het park. Mijn juf liet foto’s zien hoe het vroeger was. Heel saai! Er waren nergens liften, alles was grijs en er mochten overal auto’s rijden, ook waar de mensen liepen en speelden.”

Stad 1.0 en Stad 2.0 versterken elkaar

All Inclusive staat voor een sociale aanpak. Het prettige gebruik van de publieke ruimte is de basis voor het hoogstedelijke maar aantrekkelijk verblijfsklimaat. Deze is daarom in de eerste plaats ontworpen voor voetgangers en fietsers. De inclusieve stad is adaptief en omarmt diversiteit. Diversiteit betekent voldoende keuze (vorm en prijs) in woonruimte, werkruimte, voorzieningen, bebouwing, mobiliteit, opdrachtgeverschap en openbare ruimte. Alleen dan kunnen verschillende (groepen) mensen zich hier thuis voelen. Het programma moet zich kunnen aanpassen aan veranderingen in de tijd. En zodat er ook ruimte is voor toe-eigening door uiteenlopende gebruikers.

Hoe ontstaat een gemeenschap waar je graag bij wilt horen en waar je graag een bijdrage aan wilt leveren? In de beweging naar dit toekomstscenario moet de identiteit van bestaande wijken en groepen stapsgewijs een plek krijgen. De wijken aan weerszijden van de sporen worden in sociaal, ruimtelijk, energetisch en economische opzicht met de nieuwe wijk verbonden, gericht op meerwaarde voor beide gebieden.

CID in 2040, Dennis, 50
“Als je mij in 2018 had verteld dat ik 20 jaar later nog steeds in deze wijk zou wonen, had ik je hard uitgelachen. Ik woonde op de Weteringkade toen er plannen gemaakt werden voor dit gebied. Tekeningen met zulke torenflats vlak naast onze bovenwoning. Dat zagen we helemaal niet zitten. Ik was al op zoek naar iets in Zoetermeer toen we gevraagd werden mee te denken. En dat ging verder dan een kop koffie en “ja” zeggen tegen een meneer in een zaaltje.

In de verticale buurten kwamen gedeeltes die we zelf mochten invullen. Daarom zie je nu per blok zulke grote verschillen. Boven hebben ze een tuin gemaakt, hieronder een grote centrale keuken, hiernaast een yoga-ruimte en wij hebben in onze buurt een ADO-sportkantine gebouwd. Dit hebben we allemaal zelf bedacht en een heel stel van mijn oude wijk woont nu ook hier. In het weekend vind je hier alle leeftijden en soms ook clubs door elkaar.”

verticale buurt in hoogbouw voor CID Den Haag

Ruimte maken voor de maakindustrie

De economische groei in Den Haag is laag ten opzichte van andere steden. Hoe belangrijk de focus op cybersecurity en recht en vrede ook is, dit is niet voldoende om het CID op gang te krijgen. De Next Economy is ook een technische en circulaire revolutie. Juist de nieuwe maakindustrie zoekt locaties in het stedelijk gebied: dichtbij het talent en de consument. En waar start-ups kunnen doorgroeien naar scale-ups. Er is daarom behoefte aan openheid en ontmoetingsruimte.

BINK in 2040, Danique, 27
Mijn naam is Danique. Ik ben co-founder van Medical Gems. We maken Health Monitor Implants in combinatie met externe sensoren die ontworpen zijn als sieraden. We zijn bezig aan de lancering van onze tweede lijn wearables. We hebben al meer dan duizend pre-orders.

Ons bedrijf begon te groeien in 2035. We hebben toen bewust gekozen voor de Bink. Ons kantoor zit letterlijk tussen het atelier en de werkplaats in waar de prototypes worden gemaakt. We hebben een goede relatie opgebouwd en het is prettig om in de buurt te zijn voor procesbegeleiding.

Maar dat is niet het enige. Met dit product heb je de jackpot als het gaat om regelgeving: medisch, privacy, you name it. Boven de hyperloop-terminal zit het juridisch bureau dat ons hierbij helpt. Ik zit hier minstens eens per week om ons product en beleid af te stemmen op de fysieke mogelijkheden en de wet.”

Het CID is bereikbaar door goede aansluiting verschillende vormen van vervoer

Roadmap voor ontwikkeling

In het ontwerp zorgen de bronpunten BINCKhub, Kilo Kavels en Entreedek CS voor fasering in dit complexe gebied. Vanuit deze plekken kunnen deelgebieden staps- en kavelgewijs worden ontwikkeld door uiteenlopende partijen. Op deze manier wordt de toekomst makkelijker voorstelbaar en bespreekbaar. De ingrijpende systeemtransities kunnen echter alleen integraal en overheid gestuurd in goede banen geleid worden. Met de bestaande bewoners en bedrijven als experts van het gebied.

bij verdichting is regie gemeente noodzakelijk

BINCKhub: De BINCKhub is essentieel om het spoordek – en een groot deel van de Binckhorst – autovrij en beloopbaar te kunnen maken. De (zelfrijdende waterstof) auto’s rijden vanaf de Utrechtse Baan en de Rotterdamse Baan zo de hub in. Vandaar uit zorgen veilige en snelle voet- en fietsverbindingen met de omgeving ervoor dat mensen snel bij hun woning of werk zijn. De mobiliteitstransitie vraagt gedragsverandering waarvoor de condities en alternatieven voor de auto vanaf dag één aanwezig moeten zijn. De BICKhub kan starten als een relatief eenvoudige P+R parkeergelegenheid met deelfietsen en last mile pakket distributie. Er is ook ruimte voor bijvoorbeeld een congrescentrum, hightech voedselproductie, een circulaire hub en woningen.

Daarna kan het busstation worden verplaatst naar de hub, stopt de nieuwe tram naar de Binckhorst er en vervolgens wordt het doorontwikkeld tot een supervervoersknooppunt met diverse onderling verbonden terminals, waaronder de huidige stations en wellicht een hyperloop. Via de hub is het CID regionaal en internationaal optimaal bereikbaar.

nieuwe mobiliteit: door hub is cid autoluw in stad van de toekomst

KILO KAVELS Schenkviaduct: Nadat de autoverbinding is afgekoppeld wordt het Schenkviaduct een Ponte Vecchio voor zelfbouw met per kavel een maximaal gebouwd gewicht. Bebouwing met ateliers en bedrijven (maak-industrie) op de begane grond en wonen erboven.

Er komt een uitkijkpost met horeca die de ontwikkeling vanuit het midden van het gebied heel concreet zichtbaar maakt en koppelt aan kunst en cultuur. Het is ook een Sociale Condensator: een nieuwe plek van waaruit aan de nieuwe community wordt gebouwd.

Bebouwing op het schenkviaduct in Den Haag

Spoordek en torenpark: Het verhoogde maaiveld boven de sporen kent een stedelijke stratenstructuur met groene gevels gebaseerd op de principes van de stad op ooghoogte. Hier liggen publieke functies, maar ook een mix van woningen en werkruimten. Daarboven wordt een tweede groene publieke laag gecreëerd met onderling verbonden ruimten voor tuinen, scholen, speeltuinen, urban farming en sportvoorzieningen.

Het spoordek is al toegankelijk vanaf het Schenkviaduct en het Prins Bernhardviaduct. Voor fietsers en voetgangers wordt het dek ook bereikbaar vanuit Bezuidenhout-West en de Rivierenbuurt. Een nieuwe stadstraat verbindt de Rivierenbuurt met het dek. Aan kant van Bezuidenhout zorgt een groene lob voorde verbinding.

Entreedek CS: Het huidige busstation wordt getransformeerd tot entree van Den Haag Centraal vanaf het spoordek. Hier is ruimte voor bebouwing op het nieuwe groene plein. Zo worden ook de bestaande woningen en de publieke culturele functies Koninklijke Bibliotheek, Rijskarchief, Letterkundig Museum beter in de omgeving ingebed.

ontwerp den haag centraal busplatform wordt volwaardige entree

Energie: Warmte en koude komt zoveel mogelijk uit de bodem. De (groene) stroken aan weerszijden van de sporen blijven vrij voor bodemenergiesystemen zoals systemen voor Warmte- en Koude Opslag (WKO). De bodemenergiesystemen versterken elkaar doordat ze slim worden verdeeld over het gebied. Bodemoptimalisatie is het sleutelwoord. Zo wordt de beschikbare ondergrond onder het CID maximaal benut. Het energienetwerk voor de verwarming en koeling van woningen en gebouwen wordt op de bestaande, omliggende wijken aangesloten volgens een cascadeprincipe. Dit draagt bij als oplossing om deze woonwijken van het gas af te krijgen. Elektriciteit wordt opgewekt met geïntegreerde zonnepanelen waar het kan en met geïntegreerde windturbines in de torens.

Team WAM – All Inclusive:

Wilfried van Winden (WAM architecten), Wilfred Hoogerbrug (Stadfactor), Marie-Laure Hoedemakers (Lodewijk Baljon Landschapsarchitecten), Leon Emmen (Smartland landscape architects), Amber Leeman (Kabelfabriek), Geert Camp en André Dekker (Observatorium), Martijn Kievit (Goudappel Coffeng), Jorrit van den Houten (Witteveen+Bos), Judith Schotanus (Studio Schotanus)

*Stad van de Toekomst 

De ontwerpstudiemaakt onderdeel uit van ‘Stad van de Toekomst, een gezamenlijk initiatief van BNA Onderzoek, de TU Delft, Vereniging Deltametropool, de gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Eindhoven, de Directoraten-generaal Mobiliteit, Ruimte en Water, Rijkswaterstaat en het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De uitkomsten van deze en de andere studies van De Stad van de Toekomst worden voorjaar 2019 gebundeld in een publicatie.
Voor het CID maakte ook team UNStudio een plan. Bekijk hier het resultaat: Socio-Technical City

One Comment

  1. Peter Heuzinkveld says:

    Vreemd dat de geschiedenis met de 2 verschillende spoorexploitanten lijn Noord-Zuid en lijn Oost -West ) onze mooie stad tot op de dag van vandaag blijft doorklieven, verdelen, opsplitsen.
    Elk weldenkend mens had toch precies op deze kruisende spoorlijnen een nieuw stationsgebouw neergezet, dat is heel handig bij het overstappen. :-)).
    Nee… in Den Haag doen we dat anders, daar zorgen we ervoor dat de stad ook in de verre toekomst doorklieft blijft van deze onnodige railinfrastructuur. Ondanks alle prachtige ontwerpen zijn dit geen echte oplossingen voor onze Haagse Casus. De trein moet en kan hier de stad uit, zodat we de stad op maaiveld kunnen verbinden.

Leave a Comment

*